Tandartsen kennen het probleem: het ontstaan van een witte lijn op de overgang tussen composiet en tandweefsel. De kunststof ziet er bij het aanbrengen vaak fantastisch uit, maar dan verschijnt na het afwerken die witte lijn.

Waardoor ontstaat die witte lijn?

Witte lijnen zijn meestal een mengsel van fijngemaakt glazuur en fijngemaakte composiet. Ze ontstaan vaak door barstjes in het glazuur waar in het randgebied polijstresten achterblijven. Omdat glazuur een hele lage treksterkte heeft, kunnen deze fracturen verschillende oorzaken hebben:

  1. Warmte door het polijsten
  2. Polymerisatiekrimp van de composiet of het adhesief
  3. Bewerking met boren

Omdat de composiet naar de rand toe dunner is, kan het restauratiemateriaal makkelijker breken door de occlusale krachten. De witte lijn wordt op den duur bruin en bevordert op de langere termijn het ontstaan van cariës.

We kunnen dit fenomeen voorkomen door de microspleet op te vullen met een niet-gevuld, penetrerend sealingmateriaal. De sealer draagt bij aan een langere levensduur van de restauratie en vermindert bovendien lekkage en gevoeligheid.

Fig 1

Afb. 1. Op de SEM-afbeelding is te zien dat het adhesief zich weliswaar blijft hechten aan het glazuuroppervlak, maar dat het glazuur achter de bondinglocatie gebarsten is. Glazuur heeft een heel lage treksterkte; daardoor kan polymerisatiekrimp soms leiden tot de vorming van glazuurbarsten.

Fig 2

Afb. 2. De microspleet is gevuld met de penetrerende composietsealer PermaSealTM.

Fig 3

Afb. 3. De PermaSeal-composietsealer is doorgedrongen tot in de microspleten tussen het glazuur en de composiet, waardoor deze volledig zijn verzegeld.

Een veelgehoorde misvatting is dat de sealer na verloop van tijd slijt. Dit klopt voor het buccale oppervlak waar het materiaal afslijt door de abrasieve werking van poetsen, kauwen of andere functies. Maar de randspleet tussen het tandweefsel en het restauratiemateriaal is slechts 20 à 60 micron groot, wat minder is dan de dikte van een menselijke haar. Als we dat vergelijken met een borstelhaar van een tandenborstel (200 à 300 micron) mag duidelijk zijn dat slechts een minimaal oppervlak van de sealer wordt blootgesteld aan abrasie en er in dit gebied dus waarschijnlijk geen slijtage zal optreden.

Stap-voor-stap-procedure PermaSeal:

Polijst de restauratie en pas de occlusie aan. Ets vervolgens alle composietoppervlakken en aangrenzende gebitsoppervlakken die moeten worden geseald, gedurende 20 seconden. Het etsmiddel Ultra-Etch met 35% fosforzuur heeft een optimale viscositeit en is daardoor gemakkelijk aan te brengen.

  • Ets, spoel en droog.
  • Wrijf gedurende 5 seconden een dunne laag van de PermaSeal-composietsealer in het composietoppervlak en het aangrenzende glazuur.
  • Blaas zachtjes glad met lucht.
  • Hard gedurende 20 seconden uit met licht.
  • Controleer de occlusie.

Step by Steps

   Etsen, spoelen en drogen          Aanbrengen van PermaSeal-sealer            Drogen met lucht                          Uitharden met licht                          Occlusie controleren

Let op: omdat er door het polijsten microspleten kunnen ontstaan, raden wij aan om pas na het polijsten te sealen.

Bekijk de video voor het gebruik van de PermaSeal-composietsealer:

 

Waarin verschilt PermaSeal-sealer van andere sealers op de markt?

Veel sealers worden geleverd in een flesje, waardoor tijdens het appliceren materiaal verloren kan gaan. PermaSeal-composietsealer kan eenvoudig met een spuit worden aangebracht en de Black Micro FX-tip zorgt voor een nauwkeurige en efficiënte applicatie. Per keer zijn slechts een of twee druppels nodig! Sommige soorten sealers zijn gevulde kunststofmaterialen. Gevulde kunststoffen zijn weliswaar sterker, maar dringen niet door in de composiet. PermaSeal-composietsealer heeft van de sealers die momenteel verkrijgbaar zijn, de laagste viscositeit en de bevochtiging van het materiaal is uitstekend. Het materiaal heeft de vloeibaarheid van water en vult iedere microspleet volledig.

Fig 4

Afb. 4. PermaSeal-composietsealer wordt geappliceerd met behulp van de Black Micro FX-tip. Daardoor kan het materiaal nauwkeurig worden aangebracht, goed in het oppervlak worden ingewreven, diep doordringen en wordt er vrijwel geen materiaal verspild. Foto met dank aan dr. Martin Flores.

Bij gebruik van een composietsealer wordt afgeraden om een bondingmiddel te gebruiken. Veel bondingmaterialen hebben een gelige kleur, wat invloed heeft op het esthetische aspect van uw restauratie. Ook zijn sommige bondingmaterialen gevuld.

Heeft de composietsealer PermaSeal nog andere klinische toepassingen?

PermaSeal-composietsealer zorgt voor een geweldige afwerking van ieder soort composietrestauratie: direct, indirect, in het front of de zijdelingse delen en bij tijdelijke voorzieningen. Het werkt bovendien perfect in combinatie met Uveneer, het sjabloonsysteem voor directe composietveneers.

PermaSeal-composietsealer kan ook worden gebruikt voor een glazuurachtige afwerking van tijdelijke voorzieningen op kunststofbasis. Het hecht bovendien goed aan tijdelijke composietrestauraties en kan ook worden gebruikt om oude composietrestauraties nieuw leven in te blazen.

Andere tips

Zorg dat u alle sporen van articulatiepapier van het gebitselement en de restauratie verwijdert. Vergeet niet een zuurstofbarrièreoplossing aan te brengen voordat u de restauratie definitief uithardt.

De reden hiervoor is dat de laatste composietlaag nooit volledig uithardt als hij in contact blijft met zuurstof. Daarom kunt u vullingen in lagen opbouwen: aan het oppervlak bevindt zich een laag die niet uithardt. Deze niet-uitgeharde laag is gevoelig voor vlekken en wordt snel dof. Onthoud dat het na het definitief uitharden lastiger is om een nieuwe laag aan te brengen, dus doe dat echt pas helemaal aan het eind.